Het Nypelsplantsoen in Nieuwegein stond jarenlang bekend om een groep overlastgevende jongeren en ondermijnende criminaliteit. In 2017 besloten de gemeente en andere betrokken partijen het in deze buurt over een heel andere boeg te gooien. Na acht jaar intensieve samenwerking is deze ‘Aanpak Nypels’ een inspirerend voorbeeld. Projectleider Nynke Joustra van de gemeente, burgemeester Marijke van Beukering en Katja van Boeijen, manager Wonen bij Woonin, blikken terug én vooruit.

Katja van Boeijen en Nynke Joustra

Het Nypelsplantsoen is een flatcomplex aan de rand van het centrum van Nieuwegein.

Nynke Joustra begon hier haar werkende leven op achttienjarige leeftijd in het welzijnswerk. Na zo’n vijftien jaar stapte ze over naar de gemeente Nieuwegein, waar ze als projectleider Aanpak Nypels onder andere verantwoordelijk werd voor het Nypelsplantsoen.

De flats zijn eigendom van woningcorporatie Woonin. Katja van Boeijen werd in 2020 manager Wonen in Nieuwegein. In 2023 startten Woonin en de gemeente met de uitvoering van een nieuw toekomstplan voor het Nypelsplantsoen. Eén flat wordt gesloopt om ruimte te maken voor nieuwbouw. De andere drie flats krijgen groot onderhoud.

Waarom vroeg het Nypelsplantsoen acht jaar geleden om een aparte aanpak?

Katja: “We hebben het over 360 sociale huurwoningen, dicht op elkaar en in een gemeente met een stedelijk karakter, vlakbij Utrecht. Dat zag je terug in de problematiek. Er speelde van alles, ook ondermijnende criminaliteit. Onze woonconsulent en sociaal wijkbeheerder merkten bijvoorbeeld dat portieken en garageboxen als vluchtroute werden gebruikt. Daar maakten we ons al langer zorgen over. Als woningcorporatie bouwen en beheren we niet alleen woningen, maar willen we ook betere buurten maken.”

Nynke: “Ook vóór 2017 besteedde de gemeente al veel extra aandacht aan het Nypelsplantsoen, samen met Woonin, de politie en welzijnsorganisaties. Maar als het potje geld voor een bepaald initiatief of project op was, dan stopte het weer. En was er uiteindelijk weinig veranderd. Onze toenmalige burgemeester vroeg ons als gezamenlijke partijen in kaart te brengen wat er nou concreet speelde in deze buurt. Een analyse per flat toonde aan dat gemiddeld 35% van de bewoners bij minimaal een van ons bekend was. Soms bij schuldhulp, soms bij de politie, en vaak ging het om een combinatie van problemen. Toen hebben we gezegd: dit moet anders. En niet met weer een nieuw beleidsplan.” 

Wat was de eerste stap die jullie toen gezet hebben?

Nynke: “We maakten een selectie van vijftien woningen en zijn daar begonnen met de eerste ‘leefbaarheidsgesprekken’: we gingen gewoon langs, belden aan en vroegen of ze met ons in gesprek wilden. Eenmaal achter de voordeur stelden we vooral vragen. Hoe woont u hier? Waar wordt u blij van? Wat gaat er goed en wat niet? De gesprekken voerden we meestal in duo’s. Ik ging bijvoorbeeld samen met de wijkagent of met de woonconsulent van Woonin. We stelden ons voor als mensen van ‘de aanpak’. En dus niet als vertegenwoordigers van een instantie. Voor deze mensen maakt het uiteindelijk niet uit wie je salaris betaalt. Als ze maar merken dat je echt naar ze luistert én daar iets mee doet.”

Katja: “De resultaten van die gesprekken bespraken we vervolgens elke drie weken in een werkgroep. Die werkgroep is er nog steeds: hier pellen we casussen af met betrokken organisaties: wat speelt er, welke oorzaken liggen hier onder, wat is er nú nodig en wie kan wat doen? Dit gebeurt conform de privacywetgeving. Daarnaast hebben we een stuurgroep ingericht, met onder meer de burgemeester en wethouder en de teamchef van politie. We werken niet vanuit een dik projectplan, maar vanuit een gezamenlijke intentie: meer gebruikmaken van elkaars kennis en netwerk.”

Nynke: “Met die leefbaarheidsgesprekken zijn we nog steeds bezig. Onze oorspronkelijke ambitie was om in anderhalf jaar tijd alle 360 huishoudens te spreken. Dat was iets te positief ingestoken, maar inmiddels zitten we wel op zo’n 85%.” 

Wat voor verhalen komen jullie zoal tegen? En wat kunnen jullie vervolgens concreet voor mensen betekenen?

“Bijvoorbeeld een gezin waar al langere tijd zware relationele en financiële problemen speelden. De mentale draagkracht van beide ouders nam hierdoor af. Dit had direct gevolgen voor de jonge kinderen. Hulpverlening op één specifiek vlak bleek een druppel op de gloeiende plaat. In de werkgroep zeiden we tegen elkaar: als we deze mensen écht willen helpen, moet er eerst rust komen. Voor de man konden we een andere woonruimte regelen, zodat het gezin kon werken aan een nieuwe start.”

Nynke: “Zo’n verhaal maakt niet alleen het soort problemen achter de voordeur duidelijk, maar óók wat er misgaat bij de organisaties die er iets aan moeten doen. In dit geval waren er misschien wel acht verschillende hulpverleners bij betrokken. Iedere hulpverlener heeft dan een stukje van de puzzel, maar niemand overziet het geheel. Juist dat overzicht is vaak nodig om mensen echt te kunnen helpen.”

Katja: “We troffen ook iemand aan die zijn baan was kwijtgeraakt, maar dat niet aan zijn gezin had durven vertellen. De schulden liepen zo hoog op dat ze uit hun huis dreigden te worden gezet. Omdat de huurder geen Nederlands sprak, hebben we er een tolk bij gehaald. We zorgden dat de situatie open op tafel kwam te liggen én dat de juiste papieren werden ingevuld.”

Nynke: “Binnen de gemeente hebben we vervolgens geregeld dat er ‘op het juiste knopje’ gedrukt werd. Eigenlijk waren er in dit geval nog wat formele hobbels. Maar in dit soort situaties weegt het belang van de bewoners zwaarder dan het proces. En kan het soms nodig zijn om buiten de gebaande paden te treden.”  

Het huidige groot onderhoud op het Nypelsplantsoen is behoorlijk ingrijpend: veel bewoners moeten zelfs tijdelijk hun huis verlaten. Hoe verloopt dat?

Katja: “Vanuit het project groot onderhoud voeren we met alle bewoners persoonlijke gesprekken. Daarbij merken we dat de Aanpak Nypels al voor wat meer vertrouwen heeft gezorgd in instanties zoals de gemeente en Woonin. In het project is er ook continu contact met de Aanpak Nypels. Zo kunnen we huurders waar nodig snel extra ondersteuning bieden. Een huurder wilde bijvoorbeeld graag de woning verven, maar was daar zelf niet toe in staat en had er geen geld voor. Woonin heeft toen gratis verf geregeld en Aanpak Nypels vrijwilligers die bij de huurder hebben geverfd.”

Nynke: “Tegelijkertijd komen we ook in dit proces schrijnende gevallen tegen. Zoals een bewoner met morbide obesitas die al vijf jaar niet buiten was geweest. Ook deze bewoner moest naar een tijdelijke logeerwoning verhuizen. En ook hier hebben we in oplossingen willen denken. Met behulp van de Wmo is een grote rolstoel geregeld. Recentelijk is deze bewoner helaas overleden, maar die ene dag dat ze weer naar buiten was had grote betekenis. Zoals ze zelf zei: ‘Ik heb eindelijk weer een bloemetje zien bloeien’.”

Een van de aanleidingen voor de Nypels-aanpak was de ondermijnende criminaliteit in en rondom het flatcomplex. Hoe staat het daar nu mee?

Nynke: “Een belangrijk verschil is dat bewoners het nu steeds vaker zelf melden als ze iets verdachts zien. Drie jaar geleden was dat ondenkbaar. Verder is de criminele jeugdgroep die voor veel problemen zorgde niet meer zichtbaar op straat aanwezig, maar wonen diezelfde jongeren wel nog in de buurt. Betekent dit dat ze allemaal uit de criminaliteit zijn? Sommigen wel, anderen waarschijnlijk niet. We blijven hier dus aandacht aan besteden. Bijvoorbeeld door te zorgen dat bewoners die iets willen melden daar geen consequenties van ondervinden.”

Katja: “Verder hebben we het groot onderhoud aangegrepen als kans. De garageboxen zijn bijvoorbeeld zodanig ingericht dat ze niet meer als vluchtroute kunnen dienen. Ook hebben we de verlichting verbeterd en de huisnummers vergroot en beter zichtbaar gemaakt, zodat hulpdiensten zien waar ze moeten zijn. Het vastgoedstuk raakt zo steeds meer verweven met de sociale en veiligheidsaspecten. Zelfs zodanig dat we het projectoverleg van het onderhoud deels hebben geïntegreerd in het werkoverleg van de Nypels-aanpak.”

Jullie hebben ontzettend veel ervaring opgedaan. Wat kunnen andere gemeenten hiervan leren?

Nynke: “We krijgen vaak de vraag of je onze aanpak één op één kunt kopiëren. Ik denk uiteindelijk van wel, maar dat het valt of staat met de mensen die het doen. Ik wil niet zeggen dat ze een extra stapje moeten zetten; ze moeten vooral een ander stapje durven zetten: niet berusten bij ‘het systeem zegt nee’, maar oprecht zoeken naar hoe het wél kan. Dat vraagt om goed luisteren, overstijgend denken en soms letterlijk de mouwen opstropen. Met een van de bewoners kon ik bijvoorbeeld contact maken door haar lege flessen naar de glasbak te brengen. ‘Ben jij daar niet te duur voor als projectleider?’, kreeg ik te horen van collega’s. Maar zó maak je contact en bouw je aan vertrouwen.”

Katja: “Het goede voorbeeld geven dus. Dat begint al bij de bestuurders. De burgemeester, de politiechef: zij moeten er allemaal achter staan en ook écht in deze aanpak geloven. Dat dat in Nieuwegein lukt, draagt enorm bij aan het succes.”

Nynke: “En regelruimte bieden. Aan het begin hebben we vier huishoudens voor hun eigen veiligheid verhuisd naar een andere wijk in Nieuwegein. Ook toen was er al woningnood. Maar deze gezinnen stonden zó onder druk: langer wachten was wat ons betreft niet meer verantwoord. De stuurgroep heeft toen in goed overleg besloten om deze mensen voorrang te geven op een andere woning.”

Katja: “Als je de dingen soms net wat slimmer organiseert, dan hoeft deze aanpak helemaal niet meer te kosten. Neem het inhuren van de tolk, bij de huurder die zo diep in de schulden was geraakt. Als verschillende instanties daar uiteindelijk niet meer langs hoeven, en we kunnen er echt iets mee betekenen voor een bewoner, dan is Woonin best bereid een tolk in te huren. ”

Nynke: “Ik vind dat ook nog steeds het mooie van de aanpak: het gaat vooral over dezelfde capaciteit en middelen slimmer en in gezamenlijkheid inzetten. De kracht van het combineren. Dat vraagt natuurlijk wel om intensieve samenwerking tussen de betrokken partijen, en ook dat zij hun eigen capaciteit op orde hebben. Op dit moment wordt de functie van wijkagent op het Nypelsplantsoen bijvoorbeeld tijdelijk waargenomen. Dan merk je meteen dat je even wat krapper zit. Dat is een risico, want als je eenmaal een ‘lead’ hebt, is het cruciaal dat die ook snel wordt opgevolgd.”

Het Trimbos-instituut heeft een rapport geschreven over de aanpak. Het is geschreven in de vorm van een verhaal. Waarom hebben jullie daarvoor gekozen?

Nynke: “Bij de start van de Aanpak Nypels is ervoor gekozen er geen project van te maken, want een project heeft een begin en een eind. En in een gebied als het Nypelsplantsoen ben je misschien wel een leven lang bezig. In de gesprekken met de Expertise-unit Sociale Stabiliteit besloten we onze aanpak in een verhalende vorm vast te leggen. Dat doet meer recht aan de complexiteit en maakt de praktische uitdagingen zichtbaar. Dat we niet gekozen hebben voor een traditionele projectbeschrijving, met bijvoorbeeld een opsomming van resultaten, is voor sommige collega’s nog best wennen. ‘Jullie hebben zó veel bereikt; doen jullie jezelf niet te kort’, krijgen we dan te horen.”

Katja: “Maar resultaten zijn niet altijd uit te drukken in cijfers. Met veel mensen hebben we een vertrouwensband kunnen opbouwen: zij zien ons niet meer als de ‘grote boze buitenwereld’. Een enorme stap vooruit. Daardoor ontstaat nu ook ruimte voor een nieuwe fase: als het groot onderhoud achter de rug is gaan we nieuwe leefbaarheidsgesprekken voeren. En vragen of bewoners zelf iets willen betekenen voor hun buurt. Want ook dat hebben we geleerd de afgelopen jaren: ze zijn betrokken en voelen zich thuis op het Nypelsplantsoen. Ondanks alle uitdagingen, is het een plek waar ze over het algemeen heel graag wonen.”

Lees het rapport Ondermijning in de wijk herschrijven